top of page

FEL-le vrouw: Ingrid Kuijpers

Ingrid Kuijpers is in 1997 haar eigen theatergroep Golden Palace begonnen waarmee zij vaak voorstellingen maakt over maatschappelijk relevante thema’s. You’ve got Feminist Mail sprak met de regisseur over theater, emoties en feminisme.



Kan je wat over jouw theaterproducties vertellen?

Ik ben begonnen als ‘makende speler’: voorstellingen maken vanuit improvisaties. In 1997 ben ik gestopt met spelen en gaan regisseren omdat ik meer overzicht wilde krijgen door ‘ervoor’ te gaan zitten. Vanaf dat moment ben ik steeds meer een eigen stijl van theater gaan ontwikkelen. De stukken worden ‘op de vloer’ gemaakt en geschreven door met de acteurs te improviseren over situaties en thema’s, en zo tot een voorstelling komen. Dat is een chaotisch proces, maar doordat de acteurs spelen vanuit hun eigen beleving ontstaat er vaak bijzonder spelmateriaal. Op basis van alle associaties tijdens dit proces komen we dan tot de uiteindelijke voorstelling. Ik maak fysiek theater. We werken vanuit realistische situaties met personages, maar in plaats van taal maken we gebruik van fysiek spel. Door weinig gebruik te maken van tekst doen we op een andere manier appèl op het publiek. Ik heb het idee dat het je de toeschouwers meer in het onderbewustzijn raakt en dat het dieper binnen komt. Dat is een andere manier van communiceren, volgens mij zit daar de kracht van theater.


Mijn theaterstukken gaan over onderwerpen die op dat moment onder de oppervlakte van de samenleving sluimeren. Dat vind ik het leuke aan theater: het is een soort maatschappelijk onderzoek, maar dan vanuit een intuïtieve manier van werken. Ik probeer wel altijd een soort tijdloosheid te bereiken, door maatschappelijke thema`s te verbinden met oerinstincten en het onderbewustzijn. Daarbij helpt het ook dat ik zonder taal werk, de taal van het lichaam is meer universeel en tijdlozer.


De voorstelling waar ik nu mee bezig ben gaat over zwangerschap. Het baren van een kind gaat over oerkracht en chaos en dat is volkomen tegengesteld aan de huidige tijd waarin alles gereguleerd en gecontroleerd wordt. Tijdens het denken over de voorstelling ontstond het idee om het door mannelijke acteurs te laten spelen. De identiteit van de man staat steeds meer ter discussie – zoals onlangs ook te zien was in de documentaire van Sunny Bergman over de rol van de man. De voorstelling moet gaan over mannen die het niet langer pikken dat ze hun positie kwijt zijn: ze eisen de zwangerschap op als tegenbeweging. De acteurs in de voorstelling zijn vrij jonge spelers, dus er komt ook veel voort uit hun beleving en hoe zij in de samenleving staan.


Welke rol spelen emoties in jouw voorstellingen?

Als je vanuit (lichamelijke) beweging werkt, lift emotie heel makkelijk mee. Doordat de speelstijl zo fysiek is, wordt het publiek ook meer emotioneel geraakt. Je wordt als toeschouwer minder aangesproken op je ratio omdat er geen taal is, net zoals bij muziek of dans. Toeschouwers zitten ook vaak te bewegen op hun stoel door de identificatie met het lichamelijke. Het publiek verbindt zich met wat er op het podium gebeurt en krijgt empathie voor de personages. Dat is denk ik ook het unieke aan theater: dat het mensen kan overhalen om zich te verplaatsen in een ander. Ik hoop altijd dat er een beetje mededogen wordt ontwikkeld bij het publiek, dat is een hele belangrijke eigenschap in deze tijd.


Vrouwen in de theaterwereld

Er werken heel veel vrouwen in de cultuursector maar de artistiek leiders zijn nog altijd merendeels mannen, er zijn ook weinig vrouwelijke regisseurs. Ik kan me daar heel erg over opwinden. Ik ben nu veel bezig met talentontwikkeling, maar de mogelijke talenten zijn nog steeds vaak jongens, waar blijven die vrouwen? Die achterstand heeft absoluut te maken met een aantal dingen waardoor het moeilijker is voor vrouwen om hun nek uit te steken. Daar zie ik wel een taak voor mij.


Mijn eigen voorstellingen gaan vaak over vrouwelijke thema’s of thema’s die vanuit vrouwelijk oogpunt worden bekeken. Daar heb ik een (politieke) voorkeur voor. Ik werk ook veel met vrouwen, dat is wel iets wat veel terugkomt. Mensen zeggen vaak dat ze dat lastig lijkt, maar ik vind met vrouwen werken geweldig. Er wordt soms gezegd dat vrouwen elkaar naar beneden halen, maar dat is totaal niet mijn ervaring. Ik vind dat vrouwen super goed kunnen samenwerken en elkaar stimuleren. Ikzelf werk heel democratisch en vind het een absolute voorwaarde dat iedereen zich veilig voelt. Dat is de taak van de regisseur, je probeert alle spelers het beste uit zichzelf te laten halen. Ik heb verhalen gehoord over mannelijke regisseurs die dat heel anders aanpakken, die creëren juist strijd en denken dat je acteurs daarmee tot grote hoogte brengt. Dat vind ik wel een typisch mannelijk beeld over kwaliteit.


Merk jij dat er meer plaats komt voor feminisme in de (theater) wereld?

Lang heerste het idee dat de emancipatie was volbracht en de vrouwenbeweging niet meer nodig was. Feminisme was een woord van vroeger. Ik vind het leuk dat dat nu weer begint te schuiven en dat door bijvoorbeeld #metoo mannelijk grensoverschrijdend gedrag eindelijk consequenties krijgt. Ook vind ik het goed dat het over gendergelijkheid gaat in plaats van enkel de positie van de vrouw. Meer over diversiteit, dat het breder wordt. Toen ik 20 was stond dat allemaal al op de feministische agenda, maar het zette niet door. Dat het veertig jaar later opnieuw actueel is, is geweldig. Diversiteit speelt wel meer op alle lagen door nu. In ieder geval op beleidsniveau bij instellingen en organisaties, dat heeft echt super lang geduurd.


Binnen het theater zijn er veel stukken die over traditionele man-vrouwverhoudingen gaan. Stukken van een eeuw geleden, toen die verhoudingen nog anders lagen. De mannenrollen zijn in deze stukken veel belangrijker dan de vrouwenrollen. Het is de vraag of je die stukken nog moet spelen, daar zou je als theatermaker zeker over na kunnen denken. Nina Spijkers heeft bijvoorbeeld in ‘Het temmen van de feeks’ van Shakespeare, de mannen- en vrouwenrollen omgedraaid, dat gaf een hele andere kijk op gender. Maar zolang er meer mannelijke regisseurs zijn, wordt vaker het verhaal van mannen verteld. Datzelfde geldt voor diversiteit. Als jouw culturele identiteit niet wordt gerepresenteerd op het podium, dan kan je jezelf hierin niet herkennen. Het wordt hoog tijd dat dat gaat veranderen.


Qua thema’s ben ik zeker bezig met het feminisme. Het stimuleren van de positie van vrouwen vind ik heel belangrijk, dus daar ben ik actief mee bezig. Ik heb zelf de staart van de tweede golf meegemaakt en de seksualisering van vrouwen en jonge meisjes die je de afgelopen decennia zag, daar had ik wel moeite mee. Hoe Madonna en Beyoncé vrouwelijke seksualiteit als vrouwelijke kracht naar voren hebben geschoven, daar heb ik vraagtekens bij. Ik snap de gedachte dat vrouwen hun seksualiteit moeten beleven en vormgeven naar eigen inzicht, maar ik vind het wel gek dat het er dan uitziet als een erotische show voor mannen. Ik heb wel het idee dat dat nu wat aan het veranderen is. Dat het wat minder gaat over vrouwelijke seksualiteit en meer over de inhoud: wie je bent als persoon.  


In november gaat Ingrids nieuwe voorstelling ‘De Oerclub’ in première.


Rebecca Spruijt

bottom of page